(klik op de foto's voor een groter exemplaar)
In een zuidelijk puntje van het onmetelijke Siberië liggen Tuva en Khakasië. Nooit van gehoord? Het zijn twee onbekende, autonome republieken, dichtbij Mongolië en Kazachstan. Avanta was er in 2009. Geniet mee van de foto's en een klein stukje van het reisverslag.
"We waren nog zo gewaarschuwd voor dronken mensen. Dronken Tuvanen, om precies te zijn. Maar we worden meer geconfronteerd met dronken Russen. Het doet je wel weer beseffen dat het leven niet altijd even gemakkelijk is.
We zijn inmiddels in de hoofdstad van Tuva, Kyzyl. Vanuit deze beschaafde stad gaan we naar het meer onherbergzame deel van de Sayan Ring. Daar waar de echte Tuvanen wonen. De Russen aan wie we ons plan vertellen, vinden dat geen goed idee. De ene waarschuwing na de andere krijgen we mee. "De Tuvanen zijn niet te vertrouwen. Praat nooit met een dronken Tuvaan. Als ze met jou beginnen te praten, negeer ze dan volkomen. Voor je het weet ben je gescalpeerd. En ze doen dat op zo'n manier, dat je lichaam nooit wordt teruggevonden..."
In tien uur varen we 385 km stroomopwaarts van Kyzyl naar Tora Xem. Daarna zitten we nog zo'n anderhalf uur (exclusief het vervangen van een kapotte band) in een jeep. Maar dan zijn we voor ons gevoel echt aan de rand van de wereld.
Als de chauffeur (oei, een etnische Tuvaan!) na anderhalf uur hobbelen en slippen door de modder stopt, trekt de maan een heldere baan over het meer. Lake Azas. Aan de rand staan een paar houten jagershuisjes en wat kapotte voertuigen. Snel zetten we drie tenten op en gaan we brood eten op de veranda van een verlaten huisje. De buurman (een dronken Rus) komt langs en wil - heel gastvrij - wodka met ons drinken. Ook de fles bier in onze boodschappendoos vindt hij wel interessant. Met handen en voeten kunnen we duidelijk maken dat we alleen willen eten en dan gaan slapen. Hij druipt af...
Een half uur later. We hebben net onze tanden gepoetst op de steiger in het meer. Als we vanachter de schuur naar de tenten willen lopen, komt een jager met een groot geweer over zijn schouder naar ons toe. Ok, niet bang zijn. Gewoon doen alsof het de normaalste zaak van de wereld is dat iemand met een geweer op je af komt lopen. Ruud en Anthonie kunnen gelukkig heel goed, zonder dat ze Russisch spreken, met dit soort mannen omgaan. Ze leggen de man gewoon op zijn bed, zodat hij zijn roes uit kan slapen. En ook wij rustig kunnen gaan slapen...
De volgende ochtend is er veel bedrijvigheid op 'ons' terrein. Er lopen wolfshonden rond onze tenten. Jagers komen met hun boten terug van de jacht. Een man laat trots zijn vissen zien. Er komen twee Russen aanvaren, ze zijn dronken. Als ze uit de boot willen klimmen, vallen ze allebei in het water. In een van de houten huisjes met veranda en buitenkeuken woont een vrouw met haar drie maanden oude zoon, Michal Michalitsj. Zij is zichtbaar blij eens andere mensen te zien. Ze brengt ons een bosje zelfgeplukte paarse en witte veldbloemen. Vol trots laat ze haar baby zien. Met een sigaret in haar hand en stinkend naar alcohol. Wat moet het leven hier hard zijn. En nu is het zomer en warm. Wat als het hier 's winters 45 graden vriest?
Geen opmerkingen:
Een reactie posten